Lezing: Amsterdam in Woord en Beeld (De Gouden Eeuw)

Print Friendly, PDF & Email

joaOp zondag 30 oktober houden Liesje Schreuders en Krzysztof Dobrowolski in het Wijkcentrum een lezing over Amsterdam in de Gouden Eeuw. Liesje Schreuders is literatuurwetenschapper, Krzysztof Dobrowolski kenner van beeldende kunst.

Datum: zondag 30 oktober om 15.30 – 17.30 uur in het Wijkcentrum.
Kosten: € 12,50 (inclusief drank en hapjes).

Aanmelden
Bent u geïnteresseerd? Geef u op via daan46@gmail.com of elzemien@gmail.com.
Desgewenst nemen zij u op in hun mailinglijst en krijgt u voortaan een uitnodiging voor deze activiteiten.

Lezing De Gouden Eeuw
In het kunsthistorische deel zal uiteraard Rembrandt aan de orde komen met zijn portretten en groepsportretten. Net als Van der Helst en Joachim von Sandrart, een Duitse schilder, die een tijd in Amsterdam heeft gewoond en o.a. een portret van P.C. Hooft heeft gemaakt. Er zijn ook stadsgezichten te zien, geplaatst in het perspectief van het groeiende Amsterdam, dat zich de navel van de wereld waant met het grootste stadhuis in de noordelijke Nederlanden. Allegorieën op de groei van Amsterdam maken het geheel af.

Het literatuurhistorische deel sluit mooi aan bij het kunsthistorische, omdat in de zeventiende eeuw literatuur en kunst een gouden huwelijk aangingen. Amsterdam bruiste en bloeide en gonsde en galmde van alles wat er werd gesproken, gezongen, geschilderd en voorgedragen, vaak tegelijkertijd (chaos en rumoer? nou ja…).

  • Denk aan een Vondel, een Brederode, een P.C. Hooft, een Maria Tesselschade – niet de minsten –, die opgroeiden in een goeddeels middeleeuws ‘dorp’ en volwassen werden in een nieuwe wereldstad. Denk vooral niet dat ze zich daar niet bewust van waren!
  • Denk wél aan het nieuwe, op klassieke leest geschoeide toneel, dat werd opgevoerd in een spiksplinternieuwe ‘Schouwburg’.
  • Denk aan de ‘blijde intochten’, waarbij nieuwe rederijkers podia oprichtten, ter meerdere eer en glorie van toch vooral… zichzelf.
  • Denk aan de lofdichten op het nieuwe, van ver al zichtbare stadhuis. En aan de onverholen trots waarmee inwoners hun stad bezongen.
  • Denk ook aan de grappen waarmee Bredero de ‘boertjes van buiten’ belachelijk maakte, die naar de stad trokken om haar te bewonderen en in haar rijkdom te delen.